vrijdag

Zelf houd ik heel veel van muziek, drama en beeldende kunst. Het zijn gebieden waarin je lekker bezig kunt zijn met je fantasie en waarin je juist grenzen kan opzoeken, dingen uitproberen.

Ik heb zelf 10-11 jaar op de muziekschool gezeten. Toen ik 4 jaar was begon ik in de laagste klas waar we veel met liedjes bezig waren en met het verkennen van muziek. Later kwam ik in de percussie- klas terecht. Daar begonnen we met instrumenten bespelen. Eerst de xylofoon, daarna de blokfluit en vervolgens de vedel.
Toen we alles gehad hadden, mocht iedereen zelf een instrument kiezen waar diegene les in zou willen krijgen. Ik koos voor de piano. Ongeveer 7 jaar heb ik pianoles gekregen.Ook kreeg ik les in theorie, waarbij we nog meer over noten en verschillende maten leerden.
Op een gegeven moment had ik de piano wel gezien en ben ik overgestapt naar de elektrische gitaar. Hier heb ik 2 jaar les in gehad, met zijn vieren tegelijk. Helaas stopte de rest van de groep na 2 jaar. Ik vond het minder leuk om alleen verder te gaan en ben er toen zelf ook mee opgehouden.
Ook heb ik 4 jaar op dansles gezeten. 2 jaar jazzballet en 2 jaar streetdance. Hier had ik heel erg veel plezier in en elk jaar hadden we een grote show waarbij veel mensen kwamen kijken. Iets waar ik me altijd weer op verheugde.

Ik heb 2 jaar op de jeugdtheJAterschool gezeten, waar ik elke zondag met heel veel plezier heen ging. Eerst kregen we dan 1 uur les in beweging, vervolgens 2 uur spel. Ook hebben we som een blok zangles gekregen en een blok mime. We kregen verschillende opdrachten om in groepen of met zijn allen te doen. Verschillende vormen kwamen aan bod: spelen met tekst, improvisatie, panthomime enzovoorts. aan het eind van elk jaar was er een voorstelling waar verschillende klassen een stuk lieten zien in het Rozentheater, Amsterdam.

Deze foto is gemaakt tijdens de eindpresentatie in 2011. Het ging over een hotel waar allemaal mensen heen waren gekomen met een aparte reden. Door middel van monologen werd de relatie tussen de verschillende mensen steeds meer verduidelijkt. Ik speelde een vrouw die was blijven hangen in een vroegere superhelden- fase, naar het hotel gekomen om de beste maskers te zoeken. De lange jas maakt deel uit van mijn vermomming.





Elk jaar kregen we een 'rapport' mee, waarin de docenten schreven hoe ze het vonden gaan dit jaar. Hiernaast zie je mijn rapport over het laatste jaar.
De docenten van zang en mime hebben hier niets in geschreven, omdat ze ons te kort gezien hadden om echt te kunnen beoordelen.


Ook heb ik altijd al een grote interesse gehad voor beeldende kunst. Mijn moeder en oma zijn allebei ook erg creatief en hebben me altijd aangezet tot tekenen en schilderen. Ik kan me zelf kleine dingen herinneren van crea- lessen om de basisschool. In de onderbouw heette het bij ons handvaardigheid. We moesten leren breien, haken en punneken. Hier vond ik niet heel veel aan, vooral ook omdat ik zelf altijd erg langzaam was in deze dingen. Groep 6 startte ik op een andere school en hier ging het heel anders. We hadden een vakdocent en we deden veel verschillende dingen waarbij er veel aan onszelf over werd gelaten, hierdoor waren de resultaten altijd allemaal anders.

Op de middelbare school werd in de onderbouw veel aandacht besteed aan vaardigheden als schetsen, perspectief tekenen en gebruik van schaduwen. Ook hier startte ik de bovenbouw op een andere school waar juist wel weer de nadruk werd gelegd op eigen creativiteit. In 5 havo kreeg ik een docente die me erg inspireerde op de manier waarover zij over kunst kon vertellen. Zij had me aangemoedigd om naar toelating voor de HKU (Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht) te gaan. Dit heb ik gedaan en ik werd aangenomen voor de opleiding Docent Beeldende Kunst en Vormgeving. Op deze opleiding werd naast lesgeven, veel aandacht besteed aan het eigen werk.

Hier zijn een paar voorbeelden te zien van werken die ik op de HKU heb gemaakt.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten